Clubhuis de Mussen hoeft definitief niet te rekenen op een aanvullende subsidie van de gemeente. De directie van het buurthuis aan de Hoefkade heeft eerder al laten weten dan de werkzaamheden te zullen moeten stoppen.
Wethouder Martijn Balster van Wijken en Welzijn schrijft in een brief aan de gemeenteraad dat er nu nog maar twee opties zijn. “De Mussen komt met een sluitend scenario om de bedrijfsvoering op orde te brengen zonder beroep op extra gemeentelijke middelen of De Mussen draagt de activiteiten over aan derden.”
Balster schrijft in zijn brief al met twee andere partijen in gesprek te zijn om de werkzaamheden van De Mussen over te nemen. “Het college is er niet gerust op dat bestuur en directie van De Mussen zelfstandig tot financieel herstel komen en neemt daarom het zekere voor het onzekere. Een overnamescenario is in voorbereiding”, aldus Balster.
“Het college heeft een grote voorkeur voor een overname boven het afwachten tot een faillissement onafwendbaar is. Dat laatste zorgt voor hogere kosten, stilvallen van activiteiten, onzekerheid voor het personeel, en het allerbelangrijkst, wegvallen van belangrijke dienstverlening voor bewoners.”
Balster heeft daarom het bestuur van De Mussen gevraagd de noodzakelijke stappen te zetten om de verantwoordelijkheid voor de organisatie over te dragen aan anderen die wel in staat zijn om binnen de beschikbare middelen het werk te continueren.
De voorzitter van De Mussen zegt het hiervoor te vroeg te vinden, maar heeft wel toegezegd de optie te zullen bespreken in de komende bestuursvergadering.
Het oudste zelfstandige clubhuis van Nederland verkeert al een tijdje in financiële problemen. Volgens de directie komt dat doordat de gemeente al sinds 2005 dezelfde subsidie geeft, terwijl de kosten wel zijn gestegen. Verdere bezuinigingen zouden niet meer mogelijk zijn.
Wethouder Balster bestrijdt dat. “Er zijn wel degelijk oplossingen mogelijk”, schrijft hij. “De eerder op verzoek van de gemeente opgestelde scenario’s laten zien dat snijden in de kosten kan, zonder direct het primaire proces te raken. De stelling van De Mussen dat deze scenario’s geen oplossing bieden, onderschrijft het college niet.”